Nederlandse banken zitten, net als hun collega’s in de eurozone, behoorlijk
klem.
Sinds afgelopen augustus zijn de Nederlandse criteria voor de verstrekking van
hypotheekleningen aangescherpt. Daarnaast zijn er voor banken ook andere
redenen om voorzichtig te zijn met nieuwe hypotheekkredieten.
De eigen financiële buffers van banken moeten de komende jaren omhoog, en op
korte termijn lopen banken risico’s met beleggingen in staatspapier van
zwakke eurolanden. Extra kredietverstrekking met nieuwe hypotheekleningen
heeft onder deze omstandigheden voor banken geen hoge prioriteit.
Variabele hypotheekrente hoog
Een van de manieren om de groei van hypotheekportefeuilles te temperen is de
hypotheekrente. Vooral niet stunten met lage lokrentes, is het belangrijkste
devies voor banken.
Dat laatste is terug te zien bij de recente ontwikkeling van de variabele
hyptheekrente. Die is al weken onveranderd op gemiddeld 3,57 procent, blijkt
uit gegevens intermediair De Hypotheekshop.
Begin november verlaagde de Europese Centrale Bank (ECB) de rente waartegen
banken mogen lenen bij de ECB met 0,25 procentpunt. Dat schiep ruimte om
variabele hypotheekrentes te verlagen.
De euriborrente, het tarief waartegen banken onderling aan elkaar lenen, is
wel licht gedaald. Maar per saldo is er geen beweging omlaag te zien in de
variabele hypotheekrentes.
Banken zitten krap
Houden banken consumenten dan voor het lapje door zelf goedkoop te lenen bij
de ECB en hoge hypotheekrentes te hanteren? Niet echt. Door de eurocrisis is
er namelijk een bijzonder situatie ontstaan.
Banken lenen nauwelijks meer aan elkaar, omdat ze bang zijn dat collega's in
de problemen komen met beleggingen in staatsschulden van eurolanden. De
Europese Centrale Bank heeft de sluizen weliswaar wijd open gezet, maar
banken kunnen niet alléén maar lenen bij de ECB. Het voor de hand liggende
alternatief is de spaarder.
Hogere spaarrentes
Dit is goed terug te zien in de recente stijging van spaarrentes. De hoogste
variabele spaarrentes bedragen inmiddels drie procent. Bovendien zijn niet
alleen kleinere uitdagers actief op de spaarmarkt. SNS Bank en ING hebben
bijvoorbeeld relatief scherpe aanbiedingen lopen voor een eenjarig
spaardeposito tegen respectievelijk 3,25 procent en 3,2 procent rente.
Fijn voor spaarders, maar tegelijk betekent dit dat de financieringskosten
voor banken oplopen. Wat banken verdienen met de relatief hoge
hypotheekrentes, raken ze deels weer kwijt door de hoge spaarrentes.
Lees ook op Z24.nl:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl